• Voorhoede Boys 1 krijgt verder vorm

  • Ereleden Willem, Wilfred en Jan: meer dan anderhalve eeuw Alphense Boys

    Tijdens de Nieuwjaarsreceptie zijn Willem Versteeg, Wilfred de Rooij en Jan Wortman (v.l.n.r. op deze foto) afgelopen zondag ingehuldigd als erelid van Alphense Boys. Op de Algemene Ledenvergadering van 18 november jl. gingen de leden unaniem akkoord met het voorstel van het bestuur om deze drie – in hart en nieren – Boysmannen tot erelid te benoemen. Zondagmiddag kregen Willem en Jan de hierbij behorende versierselen uitgereikt door het bestuur, Wilfred kon hierbij helaas niet aanwezig zijn..

    Jan werd in 1952 lid van Alphense Boys. Je moest toen 12 jaar zijn, dan pas kon je op voetbal. In 1970 was dat al verlaagd naar 8 jaar; toen werd Wilfred lid. Willem meldde zich in 1971 aan. Hij had een baan gekregen in het Alphense zwembad en had daar elke zaterdag dienst. Voetballen moest hij dus bij een zondagvereniging en dat werd de Boys, waar hij thans als bestuurslid ‘Interne zaken’ nog dagelijks is te vinden. Ook Jan brengt als lid van de dagploeg (schoonmaak en onderhoud) nog wekelijks verschillende uurtjes door op de velden. Voor Wilfred (onder meer oud-secretaris) is de Boys eveneens tientallen jaren dagelijks werk geweest; wegens ziekte moet hij het op dit moment noodgedwongen rustig aan doen.

    Ieder voor zich zou een boek vol kunnen schrijven over zijn tijd bij Alphense Boys. Opvallend is de enorme diversiteit in werkzaamheden die ze voor de club hebben verricht en de vanzelfsprekendheid waarmee ze dat werk deden.

    Aanschrijvingen

    Jan’s eerste daad als vrijwilliger was het rondbrengen van aanschrijvingen. “Dat waren kaartjes ter grootte van een briefkaart, waarop stond welke wedstrijd je zaterdag moest spelen, thuis of uit, of we lopend of op de fiets of met een busje uit gingen én er stond ook op aangekruist op welke plaats je in de opstelling stond. Op verzoek van mijn leider Antoon Heemrood fietste ik de aanschrijvingen voor ons team rond. Alphen was toen gelukkig nog niet zo groot…”

    Jan klom op tot speler van Boys 1, dat hij van 1960 tot 1967 diende. Daarna bleef hij nog tot zijn 45-ste bij de ‘lagere’ senioren spelen. Als clubman maakt hij zich inmiddels op allerlei fronten verdienstelijk. Eén keer in de drie weken bardienst op zaterdagmiddag, elk jaar vaste medewerker bij de opbouw en het opruimen van het Sportweekend. “Daar heb ik toch wel een speciale band mee gehad altijd. Samen met good-old Wim Sluis draaiden we in de nacht van zaterdag op zondag jarenlang de bardienst, totdat we om zes uur de volgende morgen werden afgelost.”

    Aan het begin van de jaren zeventig werd Jan gevraagd om bestuurslid van de Supportersvereniging te worden. Ook dat bracht allerlei werkzaamheden met zich mee, zoals de verzorging en verspreiding van de Boys Koerier, het clubblad uit die tijd. De tweewekelijkse klaverjascompetitie, nota bene met een aparte ranglijst voor de dames die meededen… Jan: “Daar zou je nu voor aangeklaagd worden…”). Paaseieren zoeken inclusief de Paasloterij en niet te vergeten de organisatie van de SV-feestavonden; de playbackshows bijvoorbeeld staan bij de oudere generatie Boysleden in het geheugen gebeiteld.

    Ondertussen trouwde Jan met Ria en werden ook de kinderen groot bij de Boys. Jan hielp bij de aanleg van de eerste lichtinstallatie op veld 1 (“Gaten graven en die vol met beton storten”) en bij de bouw van de kantine op De Bijlen. “Om de fundering te helpen storten nam ik op woensdagmiddag vrij.” En dan waren er nog de ‘gewone’ werkzaamheden, zoals invallen als leider bij de wedstrijden van de kinderen, velden uitzetten en lijnen trekken tot en met verkeersregelaar spelen bij de wedstrijden tegen Ajax en Feyenoord. Of toto- en lottoformulieren bij de deelnemers thuis ophalen en verwerken, waarvoor hij destijds nog door de KNVB is onderscheiden.

    Toen Jan in april 1999 uitgewerkt was, meldde hij zich meteen als lid van de dagploeg. Eerst alleen op maandagmorgen om de kantine en kleedkamers schoon te maken, maar daar kwam al snel de woensdagochtend bij. Hij zette vijf jaar lang de veldjes uit voor de trainingen van de pupillen en houdt tot de dag van vandaag op woensdag de kleedkamers schoon.

  • Verzorger

    Ook de carrière van Willem Versteeg bij Alphense Boys kan als rijk en veelomvattend worden omschreven. Daarbuiten trouwens ook, want hij diende als bestuurder in de afgelopen decennia ook gymnastiekvereniging Hou Vast, het KNGV, de RESA (sport voor gehandicapten) en – tot de dag van vandaag ook - de afdeling Ridderveld van de Zonnebloem. Maar de meeste tijd ging naar de Boys, waar hij onlangs wel zijn afscheid als bestuurslid heeft aangekondigd, aan het einde van dit seizoen.

    Aanvankelijk maakte Willem als vrijwilliger furore als verzorger van de Boys-selectie, eerst bij het eerste elftal en later bij het tweede – dat toen ook nog deel uit maakte van de selectie. Hij bewaart uitstekende herinneringen aan die tijd. Véél dingen die Jan al noemde, werden ook door Willem gedaan, zoals lijnen krijten en het werk voor de Supportersvereniging. Behalve als voetballer, was hij na het beëindigen van zijn actieve loopbaan bovendien als scheidsrechter binnen de lijnen te bewonderen. Daarnaast had Willem speciale belangstelling voor het werk in de kantine. Hij draaide vanzelfsprekend de nodige uren achter de bar en voerde met de toenmalige commissie ook een stukje professionalisering door.

    Ook de afgelopen jaren heeft Willem veel tijd en energie in ‘de kantine’ gestoken, waarbij hij hoog op geeft van de samenwerking met de leden van de barcommissie. Willem was in het verleden al een aantal jaren bestuurslid, toen met de recreatieve senioren in zijn portefeuille. Ruim twee jaar geleden kwam hij opnieuw in het, toen bijna geheel nieuwe bestuur. Dit keer op interne zaken. “Dat omvat eigenlijk alles wat niet met voetbaltechnische zaken heeft te maken. Van inkoop en beheer tot ICT en alarmering, tot de was van de hand- en theedoeken.” In de tussenliggende jaren had hij geen bestuursfunctie, maar ontfermde hij zich over de leden- en contributieadministratie. Persoonlijk leidde hij – als onderdeel daarvan - de aanpak van de inning van achterstallige contributies en de samenwerking met het Jeugd Deelname Fonds.

    “Maar denk nou niet dat ik het allemaal in mijn eentje doe. Overal zijn andere vrijwilligers in de weer om ervoor te zorgen dat Alphense Boys ‘in bedrijf’ kan blijven. Een paar maanden geleden heb ik besloten om het toch rustiger aan te gaan doen en mijn afscheid uit het bestuur, per einde seizoen, aangekondigd. Juist ook dankzij de andere vrijwilligers kan ik dat met een gerust hart doen. En afscheid als bestuurslid betekent ook niet dat je ineens helemaal weg bent. Een leven zonder Alphense Boys kan ik me eerlijk gezegd nog niet zo goed voorstellen.”

    Oeuvre

    Wilfred de Rooij is met zijn 57 jaar de jongste van de elf ereleden die Alphense Boys nu telt. Van die 57 jaar is hij al iets meer dan 49 jaar lid van de Boys. Als eerste vrijwilligerswerk herinnert ook hij zich nog het ophalen van toto- en lottoformulieren, waarmee overigens een zakcentje te verdienen was. Later in zijn tienerjaren werd hij jeugdleider. “Nu worden daar vaders van jeugdleden voor gevraagd, maar in die tijd was het heel gebruikelijk dat je – als je dat leuk vond – jeugdleider bij een pupillen- of juniorenteam werd. Zo rolde je vanzelf het verenigingsleven in. Ik heb bijvoorbeeld ook een paar cursussen voor jeugdtrainer gevolgd, maar had nooit de ambitie om daarin door te gaan. Ik voelde meer voor de organisatorische kant. Ik werd onder andere lid van de jeugdcommissie en ben jarenlang hoofdleider geweest. Verder het Sportweekend en de feestavonden helpen organiseren, die Jan al noemde. Als voetballer bij de recreatieve senioren coördineerde en draaide ik ook de bardiensten op vrijdagavond.” In het boekje over de bouw van de tribune (1986-1990) staat Wilfred met 82 uur arbeid op de 27-ste plaats…

    Na een bestuurscrisis in de beginjaren negentig, nam Wilfred plaats in een commissie die op zoek ging naar een nieuw bestuur. Uitkomst van die zoektocht was dat hij zelf secretaris in dat bestuur werd. “Ik heb dat een aantal jaren met veel plezier gedaan, maar kon het op een bepaald moment niet meer combineren met mijn werk bij de KNVB. Dat had er ook mee te maken dat ik een studie had opgepakt.” Wilfred stond bij de voetbalbond aan de wieg van Sportlink, de inmiddels zelfstandige organisatie die verschillende sportbonden en de daarbij aangesloten verenigingen met ICT-oplossingen ondersteunt in hun bedrijfsvoering. Ergens in die tijd (1995) sleepte Wilfred - tegenwoordig directeur van Sportlink – nog wel de Steunpilaar binnen, de prijs voor de Vrijwilliger van het Jaar. Die eer viel hem vooral ten deel dankzij zijn werkzaamheden bij de organisatie van de wedstrijden tegen Ajax en Feyenoord in dat jaar.

    Zijn opzegging destijds bleek uiteindelijk slechts een tijdelijke onderbreking van zijn bestuurswerk. “Op een gegeven moment vroeg Bob Valkenburg mij terug als secretaris. Toen heb ik opnieuw enkele jaren in het bestuur gezeten. Ondertussen voetbalde ik nog altijd met vrienden in het vijfde. Dat heb ik tot ongeveer mijn 50-ste volgehouden.” Enkele jaren geleden trad Wilfred vanwege al zijn ervaring toe tot de Raad van Advies, die het bestuur – als daar aanleiding toe is - gevraagd en ongevraagd adviseert over verenigingskwesties. Vanuit die rol was Wilfred in 1997 één van de formateurs van het huidige bestuur.

    Ook al was/is Wilfred de laatste jaren vaker op de golfbaan te vinden en minder bij de Boys, via familie en vrienden én als lid van de Raad van Advies blijft hij volledig op de hoogte van het bestuurlijke reilen en zeilen bij de Boys. “Ook via Sportlink spreek ik regelmatig Boysmensen en ik ben vaste bezoeker van de ledenvergaderingen. De laatste miste ik vanwege mijn ziekte. Je hoort vaak dat mensen volledig verrast zijn als ze tot erelid worden benoemd - en dat is in mijn geval ook zeker zo. Ik was toch wat minder op de club. Laten we het er maar op houden dat het om het gehele oeuvre gaat”, zegt hij lachend. “Ik wil iedereen heel hartelijk danken voor mijn voordracht en toekenning. Ik waardeer het enorm.”